Rijwielstalling Kampen

Kampen  29 januari 2021, Henny Spruijt bij afscheid rijwielstalling (foto Freddy Schinkel)

Kampen 29 januari 2021, Henny Spruijt bij afscheid rijwielstalling (foto Freddy Schinkel)

Kampen situatie vóór de bouw van rijwielstalling in 1950 met de tuin van de Buiten Sociëteit (coll. K. Haar)

Kampen situatie vóór de bouw van rijwielstalling in 1950 met de tuin van de Buiten Sociëteit (coll. K. Haar)

Kampen, rijwielstalling uit 1950, afgebroken in 1982 (coll. K. Haar)

Kampen, rijwielstalling uit 1950, afgebroken in 1982 (coll. K. Haar)

Kampen  18 februari 1999, Henny Spruijt in rijwielstalling station Kampen (foto Freddy Schinkel)

Kampen 18 februari 1999, Henny Spruijt in rijwielstalling station Kampen (foto Freddy Schinkel)

Kampen. Jaren zestig rommelig aanzicht stationsplein. (foto: Kees Schilder)

Kampen. Jaren zestig rommelig aanzicht stationsplein. (foto: Kees Schilder)

Op 1 februari 2021 kwam een einde aan het fysiek aanwezig zijn van bewaking van de rijwielstalling in station Kampen. Vanwege een aanstaande interne verbouwing moest de 74-jarige fietsenstallinghouder Henny Spruijt na 47 jaar noodgedwongen afscheid nemen van de stalling.

De stalling kent een geschiedenis die teruggaat naar 1943. Tot september 1943 was er geen bewaakte of onbewaakte rijwielstalling. De fietsen werden her en der geplaatst bij of in de buurt van het station.  Vaak werden daar ook banden geplakt en fietsen gerepareerd. Vanaf 1 september 1943 kon men echter in het station in de hiervoor door NS beschikbaar gestelde Wachtkamer 2e klasse fietsen stallen. Namens de NV Alg. Bewaarplaatsen en Reclame Mij. werd als beheerder/reparateur aangesteld de heer R. Bastiaan samen met zijn zoon, niet onbekend op dit gebied in Kampen. Al spoedig werden ze opgevolgd door de heer Borggreve, voorheen werkzaam in de rijwielstalling in Zwolle, die gehoord had dat ze in Kampen een beheerder zochten., In de voormalige wachtkamer konden 80 fietsen in rekken geplaatst worden. Als in de oorlogsjaren 1943 - 1944 de dwangarbeiders uit de nieuwe Noordoostpolder met periodiek verlof gingen, was deze wachtkamer veel te klein. Dan werd ook de zijhal en het achterste deel van de goederenloods in het station gebruikt. In deze ruimtes konden  300 – 350 fietsen gestald worden. Sommige, veelal jonge dwangarbeiders maar ook onderduikers, kwamen op fietsen met gewone banden, maar het merendeel van de fietsen hadden of tuinslangen of houten of door de Duitsers beschikbare gestelde surrogaatbanden. Deze laatste waren niet al te best en het was voor de berijders een hele toer om in Kampen te komen, bussen reden er nog niet. Met de feestdagen zoals Kerstmis, Nieuwjaar, Pasen en  Pinksteren was het extra druk met gestalde fietsen. Dan mocht ook de houtloods van Houthandel Krans gebruikt worden, hier konden nog eens 250 – 300 fietsen gestald worden. Tijdens de hongerwinter 1944 – 1945  en doordat het treinverkeer door de spoorwegstaking van 17 september 1944 stil lag, maar ook na de beruchte razzia in de polder kwam alles stil te liggen en werd de rijwielstalling gesloten.

Na de bevrijding in april 1945 en heropening van het Kamperlijntje op 16 juli 1945 werd de rijwielstalling meteen weer heropend, opnieuw in de wachtkamer 2e klasse, zijhal en in achterste deel van de goederenloods, maar regelmatig ook in de stationshal. Er kon toen geen gebruik meer gemaakt worden van de houtloods van Krans. Het aantal gestalde fietsen nam echter steeds meer toe. Het was een heel gedoe om de achterste fiets vrij te maken, aangezien er vaak wel tien fietsen voorstonden, die ook weer ergens anders gestald moesten worden, met als gevolg lange wachttijden voordat de berijder zijn fiets weer terug had. Tijdens een bezoek van president-directeur Ir. F.Q. den Hollander van NS aan station Kampen op 6  september 1949 gelaste hij dat onmiddellijk de fietsen uit de stationshal en zijgang verwijderd moesten worden. Bovendien wou de NS de wachtkamer weer terug hebben en werd besloten een nieuwe vrijstaande fietsenstalling te bouwen. De gemeenteraad had al een stuk tuin van de Buiten Sociëteit ter beschikking gesteld en het wachten was op toestemming van het ministerie om te starten met de bouw van een overdekte fietsenstalling. In een open brief in het Kamper Nieuwsblad van 20 september 1949 werd het ministerie verzocht zo spoedig mogelijk toestemming te verlenen. Hieraan werd  gelukkig heel spoedig gehoor gegeven want op 22 september kwam de goedkeuring van het ministerie en ging architect Boer over tot een onderhandse aanbesteding. De gunning ging naar de heer Vinke die de 16 meter lange en 10 meter brede rijwielstalling mocht bouwen. Diverse eikenbomen in de tuin van de Buiten Sociëteit  werden gekapt en er werd gestart met de bouw van de fietsenstalling. Op 4 juli 1950  werd de nieuwe fietsenstalling in gebruik genomen met als eigenaar de N.V. Exploitatie Maatschappij ‘Hof van Holland’, gevestigd in Amsterdam, die in het hele land rijwielstallingen exploiteerde. De heer Borggreve bleef als beheerder van de nieuwe rijwielstalling. In het gebouwtje was voor hem een klein kantoortje van hooguit 1,5 x 1, 5 m met een klein ‘duveltje’ (een met hout of kolen gestookt kacheltje). In de nieuwe rijwielstalling was plaats voor 500 fietsen. Op vrijdag en zaterdag was er echter vaak ruimtetekort omdat veel boeren dan naar de (vee)weekmarkt in Zwolle gingen,  Kampen kreeg toen de primeur van beweegbare onder – en bovenrekken. Tijdens de tentoonstelling ‘Kampen roept’ in 1951 werden er wel 1.100 fietsen gestald, niet alleen in het gebouw maar ook daarnaast, maar dankzij de goede zorg en bewaking door Borggreve zonder één mankement of beschadiging. In die tijd werkte men met verschillende kleuren voor de afgiftebewijzen nl.  zondag wit, maandag rood, dinsdag oranje, woensdag blauw, donderdag geel,  vrijdag groen en zaterdag paars, zodat de beheerder kon zien hoe lang de fiets gestald was. Het tarief bedroeg in 1954 10 cent per dag of in verhouding een dagdeel als men slechts enkele uren stalde. Een weekkaart kostte 50 cent. Een maandabonnement bedroeg fl. 1,65 plus als waarborg 40 cent voor een penning. Dit bedrag kreeg men terug bij het stoppen met de stalling. Gemiddeld werden in 1954 80 weekkaarten en 75 maandkaarten uitgegeven. Verder waren 8 genummerde fietsen voor verhuur beschikbaar met als huurprijs fl. 0,35 per uur of fl. 1,50 per dag als service van de NS. Er waren mensen zgn. zelfhelpers die zelf hun fietsen stalden of ophaalden, anders werd dit door Borggreve gedaan, Dat laatste gebeurde vaak tijdens de vakantieperiode als er wel 2.000 fietsen werden aangevoerd. In 1954 werden totaal ca. 40.000 fietsen gestald. Verder konden er ook bromfietsen en kinderwagens gestald worden.

In 1982 werd gestart met de reconstructie van het stationsplein en werd de stalling van fietsen tijdelijk verplaatst naar een golfplatengebouwtje aan de Burg. van Engelenweg en werd het oude stenen gebouw afgebroken.  in januari 1983 werd een nieuwe fietsenstalling in de voormalige goederenruimte van het station in gebruik genomen. Op de plaats van de voormalige stalling bleef een onbewaakte fietsenstalling, ook kwam er een snackbar. Bij een toekomstige herinrichting van Bolwerk Buitenwacht wordt gekeken naar een mogelijk compactere buitenstalling want het is geen visitekaartje als men via het station Kampen binnenkomt met fietsen die her en der gestald of neergegooid zijn. Op 13 augustus 2018 werd een extra stalling van 400 fietsen in het souterrain onder de bestaande fietsenstalling in gebruik genomen, deze werd tot dan toe gebruikt door Stadstoezicht voor het stallen van zwerffietsen. Voor gebruikers van een OV-chipkaart mag hier 24 uur gratis gestald worden.

Vanaf ca. 1970 werd de fietsenstalling beheerd door de familie Spruijt, die meerdere fietsenstallingen beheerde o.a. in Emmen, Zwolle, Deventer en Zutphen. Zoon Henny Spruijt kreeg in 1974 Kampen toegewezen Hij kwam uit Den Bosch en moest eerst wel wennen aan de stugge Kampenaren, maar in de loop van de jaren leerde hij ze kennen. De opkomst van Kampen als studentenstad, maar ook het vertrek van alle academies en een hogeschool, hij heeft allemaal meegemaakt. Ook kon men bij hem terecht voor reparaties en kon men bij hem tot 2011  ook goede tweedehands fietsen kopen. Na de verbouwing in 2018 verviel het beheer op de stalling, maar mocht hij nog wel tegen vergoeding aan het werk als onderhoudsman van de OV-fietsen en als toezichthouder. Daar is op 1 februari 2021 een einde gekomen vanwege een verbouwing van het station in verband met de komst van een take-away voor koffie en thee. De reparaties aan de OV-fietsen worden nu centraal geregeld via een meldpunt in Utrecht die zorgt dat de fiets opgehaald en hersteld wordt.

  • Geplaatst op: maandag, 22 februari 2021
  • Bijgewerkt op: donderdag, 10 maart 2022

Kasper Haar

Grote kenner van de geschiedenis van het Kamperlijntje is de in Kampen woonachtige Kasper Haar.


 Lees hier verder...

HanzelijnHome

Hanzelijn

Op donderdag 6 december 2012 werd de Hanzelijn door Koningin Beatrix geopend en daarmee ook station Kampen Zuid.


Lees hier verder...

GAKklein

Stadsarchief Kampen

Initiator van de vernieuwde website van Het Kamperlijntje is het Stadsarchief Kampen.


 Lees hier verder...