Halte Veerallee
Deze enige smalspoortramlijn (1.067 mm) in Nederland die door een spoorwegmaatschappij werd beheerd –in dit geval door de NCS- werd geopend op 11 maart 1914 met als eindpunt Zwartsluis. In verband met een verzakking als gevolg van wateroverlast volgde op 26 maart het resterende deel tot Blokzijl.
Smalspoor
Aangezien het smalspoor was, kon de tram niet over de Willemsvaartbrug in het Kamperlijntje naar station Zwolle. Er was voor smalspoor gekozen omdat er anders problemen zouden komen met het leggen van het spoor in de straten van Hasselt en Zwartsluis. Bovendien zouden anders ook diverse dijken verbreed moeten worden, wat extra hoge kosten met zich zou meebrengen. De gemeente Zwolle was tegen een aparte brug voor de tram omdat er binnen een korte afstand al vier bruggen lagen en een vijfde het scheepvaartverkeer nog meer zou belemmeren.
Tramstation
Er werd in Zwolle een klein emplacement aangelegd met onder andere een veeladingsperron en er werd een 26 meter lang, stenen tramstation gebouwd met een wachtkamer, kantoor, vestibule, personeelruimte, goederenloods en bergruimtes. De tramlijn liep parallel langs het Kamperspoor tot de overweg in de Lage Weg bij Frankhuis (nu ligt hier het viaduct in het Kamperlijntje ter plaatse van de Werkerlaan) waarna de tram de Mastenbroekerpolder in hobbelde.
Steenkolenopslag
Voordat de tramlijn er lag vond er echter op deze plek al goederenoverslag plaats. Op 2 november 1885 werden er in de Zwolse gemeenteraad vragen gesteld over een plan van de NCS om een steenkolenopslag met loods bij de overweg in de Veerallee (vroeger Veerweg genoemd) te bouwen; tevens zou er verkoop van steenkolen gaan plaatsvinden. De brug in de Willemsvaart, die alleen gesloten werd als de trein naar en uit Kampen passeerde (een kwartier voor vertrek c.q. aankomst), zou dan vaker gesloten moeten worden.
In de raad
Uit antwoord van de burgemeester bleek dat zo’n verzoek van de NCS was binnengekomen. De NCS deed dit namens de Hirbernia- en Shamrock-steenkolen-vereniging. Het lag in de bedoeling een los- en laadperron met losspoor aan te leggen en de steenkolenwagens zouden worden meegenomen of opgehaald in de treinen naar en uit Kampen via een wissel in het losspoor. Om diefstal en stuiven te voorkomen zou er een schutting geplaatst moeten worden, waarvan één zijde zou kunnen dienen als achterwand voor een kantoortje en bergplaats. Hoewel de gemeenteraad moeite had met het plaatsen van een dergelijke ontsierende opslag met uitweg bij de Veerallee, stemde zij uiteindelijk er toch mee in. Ook omdat de regering dergelijke kolenopslagen stimuleerde. In 1909 werd bij Veerallee een veelading - een verhoogd perron waar het vee op of af kan lopen- gemaakt en wissels in het spoor geplaatst en in 1910 werd het losspoor verlengd.
- Geplaatst op: maandag, 16 januari 2012
- Bijgewerkt op: woensdag, 26 augustus 2015
Gerelateerde artikelen
Van tram naar trein (1912-heden)Overweg Veerallee (1865-heden)
Veerallee spoorbrug (1865-1907)
Veerallee spoorbrug (1945-1967)